Ga naar de bovenkant van de pagina

Emmi Pikler

Stichting Nederland

Foto bij Spelen
Foto bij Spelen
Foto bij Spelen

Spelen

Iedere baby, ieder mens heeft de behoefte om te spelen

De functie van zelf spelen

De wens om te ontdekken, te experimenteren en te leren leeft in ieder kind en het is aan ons om ze daartoe de gelegenheid te geven.
Als de baby dat zelf mag doen, dan heeft hij de rust voorwerpen van alle kanten te bekijken, te voelen en te proeven.
De dreumes zal ontdekken dat het één in het ander past of juist niet; hij leert dat hij het één boven op het andere kan zetten.
Als de volwassene rustig toekijkt, ziet hij dat kinderen vindingrijker zijn dan dat wij hier kunnen beschrijven.

Zelf spelen heeft een positieve invloed op het gevoel van autonomie van het kind: hij kan zelf bepalen waarmee hij speelt en hoe lang. Zo leert hij de eigenschappen van voorwerpen kennen op zijn unieke manier. Hij ontdekt daarbij zijn interesses, zijn voorkeuren, zijn mogelijkheden en grenzen. Door deze vrijheid om zelf te kunnen spelen, ontwikkelt het kind zelfbewustzijn. Het voelt het zich competent!

Welk speelgoed is geschikt en wat is de rol van de volwassene?

verder lezen...

Het eerste speelgoed van een baby zijn zijn eigen handen die hij rond de tiende week begint te ontdekken. Hij experimenteert ermee door ze te openen en te sluiten, elkaar aan te raken en vast te houden. Zo oefent hij vastpakken en loslaten.

Diverse voorwerpen en materialen kunnen voor een baby interessant zijn, het speelmateriaal hoeft niet uit een speelgoedwinkel te komen. De inhoud van het keukenkastje biedt ook veel speelplezier.

Passief speelgoed... Actieve baby’s

Het criterium voor geschikt speelgoed is: kan de baby het grijpen met zijn handen of voeten? Geeft het hem voldoende verschillende ervaringen zoals: betasten, voelen, vastpakken, bekijken, in de mond stoppen, schudden, slaan, in of op elkaar zetten, schuiven, enz.
Daarvoor is een diversiteit aan vormen, kleuren, structuren, materialen, omvang en gewicht nodig.
De voorkeur gaat uit naar objecten die een baby aanzetten tot activiteit en creativiteit. Speelgoed dat uit zichzelf niets doet, komt tot leven in de handen of voeten van een baby. Het levert een baby veel nieuwe inzichten op wanneer hij het speelgoed zelf vast heeft en beweegt en ontdekt wat hij er allemaal mee kan. Voordoen is niet nodig. Vaak doet hij er iets mee wat wij niet (meer) verzonnen zouden hebben.
Door voor te doen, te helpen of ‘belerend’ bezig te zijn, ontneemt de volwassene het kind de mogelijkheid om zelf te ontdekken, ofwel: te leren wat het zelf kan en wat het nog niet kan. Iets wat een baby zelf heeft ontdekt maakt hij zich werkelijk eigen en dat geeft hem voldoening.
Wanneer een baby het speelgoed zelf manipuleert, groeit zijn zelfbewustzijn. Wanneer de baby het materiaal zelf kan oppakken, neerleggen en opnieuw kan pakken doet hij dat geconcentreerd, aandachtig en met plezier.

Voor de dreumes is het van belang dat er meerdere exemplaren van hetzelfde speelgoed zijn. Dit om objecten te kunnen vergelijken of te ontdekken dat twee van hetzelfde in elkaar passen (meerdere ronde kommetjes). Het zet hem aan het ‘denken’. Hij gaat vergelijken, combineren, variëren en verzamelen.
In een kinderdagverblijf helpt een aantal van hetzelfde speelgoed bovendien conflicten tussen kinderen te verminderen

Actief speelgoed.... Passieve of overprikkelde baby’s

Een baby blijft kijken naar iets dat boven zijn hoofd beweegt (zoals een ronddraaiende mobiel). Hij kan de beweging niet zelf stopzetten wanneer hij er genoeg van heeft. Dat leidt tot overprikkeling en vermoeidheid. Bovendien maakt een mobiel of een babygym het hem moeilijk om zijn eigen handen te ontdekken: een belangrijke stap in de oog/handcoördinatie en zelfbewustzijn.
Speelgoed dat opgehangen wordt aan de spijlen van de box of voorwerpen vastgemaakt op een stoeltje of kinderwagen, stimuleren hem niet tot intensief spel, omdat hij het niet kan oppakken, bewegen, draaien, laten bengelen, dichter naar zich toe halen of wegduwen of –gooien.
Speelgoed dat door batterijen beweegt of geluid maakt, amuseert de baby wel maar veroorzaakt tegelijkertijd een passieve (of juist overprikkelde) baby.
Een spiegel in de box kun je bijna vergelijken met een televisie. De baby ziet veel beweging maar begrijpt (nog) niet wat hij ziet. Het weerhoudt hem van het ontdekken van zijn eigen handen en het speelgoed om hem heen, kortom het verhindert hem om zelf actief te zijn en te leren.

De rol van de volwassene bij het spel

In de visie van Pikler heeft de volwassene eerder een observerende houding ten opzichte van spelende kinderen en volgt aandachtig en met interesse wat kinderen vanuit eigen initiatief ondernemen.
Kennis van de spelontwikkeling, helpt om het ‘juiste’ materiaal rondom de baby te leggen. De ontwikkeling van de fijne handmotoriek is te vinden in de ontwikkelingstabel.

De voorbereide omgeving

De voorbereide omgeving is een ruimte die steeds opnieuw op de ontwikkelingsfasen of spelbehoeften van de aanwezige kinderen is afgestemd.
Een voorbereide spelomgeving werkt thuis goed. Het heeft echter vooral in een kinderdagverblijf, waar je te maken hebt met meerdere kinderen in diverse ontwikkelingsfases een zeer positieve werking.
Het is een plek waar kinderen ongestoord kunnen spelen en waar voor ieder kind uitdagende voorwerpen aanwezig zijn. Gedurende de dag ordent de pedagogisch medewerker regelmatig het speelgoed op vaste plekken in de ruimte: op de vloer, op een laag tafeltje en in een open kast. Ze doet het zo dat de opstelling de dreumes en peuter weer uitnodigt om met hernieuwde interesse verder te gaan spelen. Ze doet bijvoorbeeld alle ballen weer in de wasmand, de houten ringen in een tasje, zet de bekers weer op een rij, doet de beertjes in een bedje, de crèmepotjes in een bakje, de houten lepeltjes in een vergiet, de kartonnen boekjes op de plank, de autootjes in de garage, de gehaakte lapjes in een rieten mandje, de potjes, pannetjes en serviesgoed weer in het keukentje, de duplo in een emmer, etc.
Thuis kan de ouder ook zo’n voorbereide omgeving maken. Want al het speelgoed in een grote mand is onoverzichtelijk voor een baby of dreumes, hij kan zich nog geen voorstelling maken van de inhoud.

Basisbehoefte

Oog hebben voor de basisbehoefte van het kind is een belangrijke voorwaarde.
Alleen een kind dat zich veilig en uitgerust voelt, een kind dat fit is en geen honger of dorst heeft, zal tot zelfstandig spelen komen.

“Een kind dat iets bereikt door zelfstandig te experimenteren verwerft een heel andere kennis, dan een kind dat een kant en klare oplossing krijgt aangeboden.”

Emmi Pikler

© 2015 - 2024 Emmi Pikler Stichting Nederland
algemene voorwaarden
website: voorloper.com

© 2015 - 2024 Emmi Pikler Stichting Nederland | algemene voorwaarden | website: voorloper.com

Deze website maakt gebruik van cookies. Door deze melding weg te klikken of gebruik te blijven maken van de website geef je toestemming voor het gebruik van cookies.

akkoord